Een goede flashback schrijven is best lastig. Want hoe leid je die in en ga je terug in de tijd zonder dat het voelt alsof het verhaal onderbroken wordt? Door te zorgen dat er een aanleiding is om terug in de tijd te gaan en een logische overgang te kiezen tussen de twee scènes uit het heden en het verleden leidt je een flashback in. In deze blog 5 manieren om met een flashback terug in de tijd te gaan.
1. Gebruik een fotoalbum – een foto is de aanleiding van de flashback
Voorbeeld:
Ik word aangetrokken door het zware, donkerblauwe fotoalbum dat op het randje van het dressoir ligt. Hoe lang heb ik dat album wel niet gezien! Nadat ik ermee in de stoel bij het raam ben gaan zitten sla ik het open. Ik ben meteen weer terug in de tijd. Ik zie mijn moeder lachend staan met een bos wortelen in haar hand, vers geplukt uit de moestuin, vol trots sta ik naast haar.
Mama zat op haar knieën tussen de kroppen sla toen ik aan kwam huppelen. Ze neuriede een liedje en hoorde mij niet aankomen. Pas toen ik vol enthousiasme ‘Mama, mama, kijk eens wat ik gevonden heb,’ riep, keek ze om. Vol trots hield ik een worteltje omhoog aan het loof. ‘Je hebt groene vingers Marietje, of moet ik zeggen oranje vingers,’ mama lachte hartelijk en stond op. ‘Je hebt goed gezien aan het loof dat de wortelen ook al goed zijn en geoogst kunnen worden, laten we dat dan maar gauw gaan doen.’
2. Gewoon aangeven dat het vroeger gebeurd is – zonder poespas schrijven dat het zich in het verleden afspeelt
Voorbeeld:
Lang geleden, toen mijn moeder nog graag tuinierde, was er die middag dat ik haar verraste met een ongewone vondst.
3. In gedachten wegzinken naar vroeger
Voorbeeld:
Ik kijk naar buiten, in gedachten verzonken, de drukke straat in en zie mijzelf weer de eerste keer deze straat in lopen. Zo zenuwachtig was ik niet eerder geweest. Wat was ik ook nog jong en onervaren. Maar ik moest die baan gewoon hebben!
‘Jij bent vast Lisa,’ zei de man terwijl hij zijn hand naar mij uitstak. Ik knikte verlegen en schudde hem de hand. Nadat hij zich had voorgesteld en mij een warme glimlach schonk voelde ik de zenuwen langzaam wegzakken. Dat er meer kandidaten waren voor deze functie zakte steeds meer naar de achtergrond, ik voelde gewoon dat ik er geknipt voor was. Het gebrek aan ervaring blufte ik daarom tijdens het gesprek weg.
4. Een voorwerp als aanleiding gebruiken
Voorbeeld:
Ik schuif met mijn latte macchiato aan het tafeltje in het koffietentje en mijn oog valt op de krant. Zelden lees ik een krant, maar mijn vader was een fervente lezer van het dagelijkse nieuws.
Dat we hem beter niet konden storen tijdens zijn leessessie werd ons al jong duidelijk. Het begon eerst met een afwezige ‘Hmm,’ als we iets vroegen. Probeerden we verder zijn aandacht te krijgen, dan gaf hij een grom. ‘Laat jullie vader nou maar even,’ suste mijn moeder terwijl ze ons de kamer uit probeerde te dirigeren. Dat hielp maar even. Al gauw dartelden mijn broertje en ik de huiskamer weer in en probeerden we wederom papa’s aandacht te krijgen.
5. De flashback die leidt naar een nieuw hoofdstuk
Op deze manier is er een duidelijke scheidslijn tussen het heden (het ene hoofdstuk) en het verleden (het volgende hoofdstuk). Indien het verleden een grote rol speelt in het verhaal kun je het hele verhaal door hoofdstukken in het heden en in het verleden met elkaar afwisselen.
De foto’s, mocht je het je afvragen, zijn een flashback naar ons weekendje Gent, vorige maand alweer drie jaar geleden. 😉
Hou jij van een flashback in een verhaal?
Groetjes, Giovanna
Leuke tips. Ik vind flashbacks wel meestal een meerwaarde.
Bedankt! Leuk dat jij het meestal ook wel wat vindt toevoegen aan een verhaal.
Goede tips!
Dankjewel!
Ja, in mijn verhaal zijn er een aantal flashbacks, ik vind dat altijd heel mooi aan een verhaal. Het geeft net dat beetje extra’s aan een verhaal.
Wat leuk dat jij ook flashbacks gebruikt in je verhaal, geeft een verhaal zeker net wat extra’s mee.